Natuurkunde voor het MBO Deel 3: Hoofdstuk 8 Radioactiviteit n4

Krypton heeft atoomnummer 36.
Hoeveel protonen (p) en neutronen (n) bevat de isotoop ⁸⁶Kr?
1. 50 n en 36 p
2. 50 n en 86 p
3. 36 n en 50 p
4. 40 n en 86 p
Gegeven het zuurstofisotoop: ¹⁵O.
t_h = 122 s.
Hoeveel % is na 3,0 min gedesintegreerd?
1. 31%
2. 36%
3. 64%
4. 69%
Bij het verval van ³¹Si komt β^--straling vrij.
Hoe luidt de vervalreactie van ³¹Si?
1. ³¹Si --> ³¹Si + β^-
2. ³¹Si --> ³¹P + β^-
3. ³¹Si --> ³¹Al + β^-
4. ³¹Si --> ³¹Al + n
Een geigerteller is een instrument om radioactieve straling te meten.
Op welk meetprincipe is de geigerteller gebaseerd?
1. scintillatie (kristal dat lichtflitsjes uitzendt)
2. ionisatiekamer (gasgevulde detector)
3. thermoluminisatie
4. halfgeleider
Welke straling heeft het hoogste doordringend vermogen?
1. α
2. β
3. n
4. γ
Welke kernreactie hoort bij de gele pijl?
1. ⁵⁸Mn --> ⁵⁸Fe + γ
2. ⁵⁸Mn --> ⁵⁸Fe + α
3. ⁵⁸Mn --> ⁵⁸Fe + β⁺
4. ⁵⁸Mn --> ⁵⁸Fe + β^-
Iemand ontvangt 20 mGy protonenstraling.
Hoe groot is de equivalente dosis?
1. 20 mSv
2. 0,20 Sv
3. 20 mGy
4. 0,20 Gy
Een vrouw ontvangt straling:

> 12 mGy protonstraling op de borsten,
> 10 mGy protonstraling op de longen,
> 90 mGy gammastraling op de longen.

Bereken de effectieve dosis E_T.
1. 13 mSv
2. 29 mSv
3. 0,11 Sv
4. 0,31 Sv
Een loodplaat heeft voor γ-straling een haveringsdikte van 1,5 mm.
Hoeveel procent van de opvallende γ-straling wordt geabsorbeerd door een plaat van 3,0 mm?
1. 25%
2. 50%
3. 75%
4. 100%
We hebben 1,0 mmol van de ¹¹C isotoop.
t_h = 20,4 min.
N_A = 6,02 ⋅ 10²³ deeltjes/mol.

Hoe groot is de activiteit (A) van deze hoeveelheid C-11?
1. 5,7 ⋅ 10^-7 Bq
2. 2,0 ⋅ 10²² Bq
3. 3,4 ⋅ 10¹⁷ Bq
4. 1,5 ⋅ 10¹⁷ Bq